Het (Op)Heusdense Veerhuis, de oudste horeca gelegenheid van Opheusden is van origine een zogenoemd Rivierendwarshuis, ofwel een T-boerderij, zoals er zovele staan in onze gemeente.
Inmiddels is de agrarische functie al lang beëindigd en is ook het achterhuis nu ingericht ten behoeve van het horecabedrijf. Het exacte bouwjaar is niet bekend, maar het moet zijn gebouwd in het laatste kwart van de negentiende eeuw. Het naar de rivier gerichte voorhuis heeft wat bouwkundige trekjes in de ‘Empire’ stijl, typisch voor de periode rond 1800. Het oorspronkelijke veerhuis dat mogelijk nog uit de Late Middeleeuwen stamde, stond op de splitsing van de Veerweg en de Rijnbandijk. Het veerhuis is in het begin van deze eeuw zorgvuldig gerestaureerd, bij deze gelegenheid is het interieur zo veel mogelijk in de originele staat behouden. In de ‘doorrij’-schuur en de bedrijfsgebouwen zijn de oorspronkelijke gebinten zoveel mogelijk behouden.
De in het voorhuis aanwezige gelagkamer is nog helemaal in zijn 19e -eeuwse staat gebleven.
De fraaie empire schouw, het buffet bij de tapkast en de zolderingen met moer -en kinderbalken ademen nog de sfeer uit die tijd. Ook de gevels en daken zijn sedert de bouw nauwelijks aangetast.
2. Dorpskerk van Opheusden
De dorpskerk van Opheusden is de oudste kerk van het Betuwse dorp Opheusden. Het gebouw is een laatgotische dorpskerk met een driebeukig, pseudo-basilicaal schip en dwarspand, welke gedateerd is op het jaar 1524. Het koor dateert uit de 15de eeuw. Er is een sacristie in de hoek tussen het koor en de zuiderdwarsarm. In 1940 werd het gebouw verwoest door oorlogshandelingen. Hierbij gingen de toren en het westelijk deel van het schip verloren. Tijdens een grootschalige restauratie van 1949 tot 1950 is het schip naar het westen verlengd. De kerk bezit nog vier zerken uit de 17de en 18de eeuw.
Aan de binnendijkse zijde van de Spees is een replica gebouwd van een 2e -eeuwse houten Romeinse wachttoren. De toren staat op een hoog punt van het aardfort en biedt een prachtig overzicht over het omliggende terrein. Dit type torens werd op gezette afstanden langs de rivier gebouwd om controle uit te oefenen over de Rijn, die toen de noordgrens vormde van het Romeinse rijk; de Limes.
4. Vestingwerk De Spees
Het aardfort van De Spees is aangelegd in de jaren 1799-1800. Oorspronkelijk lag er een vrijwel identiek aardwerk, iets westelijker, aan de Waaloever bij Ochten. Tussen beide forten lag, diagonaal door de Betuwe, de zogenaamde ‘Liniedijk’. Daarmee was het toenmaals mogelijk om het voorterrein de inunderen; onder water te zetten. Door een sluisje, op de kruising van Liniedijk en Linge, te sluiten kon het Lingewater uitvloeien over het ten oostelijk (stroomopwaarts) gelegen land. Doordat het waterpeil dan te diep was voor voertuigen en te ondiep voor vaartuigen, kon het oprukken van de vijand zo worden voorkomen. De laatste keer dat deze inundatiemogelijkheid is gebruikt was in 1939-1940.
6. Eeuwenoude laanboomteelt
Gemeente Neder-Betuwe staat bekend voor de laanboomsector en kent een lange historie en traditie. Al rond 1400 wordt melding gemaakt van boomteeltactiviteiten mede vanwege de gunstige bodemeigenschappen en klimatologische omstandigheden. Rond Opheusden zijn er zo’n 160 kwekers werkzaam, hier worden vooral laan-, bos- en parkbomen gekweekt.
Deze inundatiesluis uit 1939 werd in de meidagen van 1940 gebruikt om delen van de Betuwe onder water te zetten. De sluis maakte deel uit van de Betuwestelling tussen de Waal en de Nederrijn. De stelling was een moderne versie van de Spanjaardsdijk (1592). In 1799 werden de werkzaamheden voor de vier kilometerlange Betuwelinie afgerond. Samen met de Grebbelinie vormde ze, naast
de Hollandse Waterlinie, een tweede verdedigingsstelling voor het toenmalige Holland. Tijdens de ruilverkaveling rond 1950 is de liniedijk gesloopt.
8. Historisch Erf Den Ouden Dam
De Linge is één van de vele prachtige rivieren die Nederland rijk is. De 108 km lange Linge stroomt door een afwisselend landschap met boomgaarden, weilanden, grienden en rietvelden. Het is de langste rivier in Nederland.
De Linge tussen Doornenburg en de kruising met het Amsterdam-Rijnkanaal (AR-kanaal) bij Zoelen wordt de ‘Boven-Linge’ genoemd. Bij Zoelen gaat de Linge onder het kanaal door. Van Zoelen tot Gorinchem, wordt het de ‘Beneden-Linge’ genoemd.
Van oudsher is de Boven-Linge belangrijk voor de afwatering in het Rivierengebied. Alle watergangen in het gebied staan in verbinding met de Boven-Linge via een ingenieus stelsel van kanalen, weteringen, sloten met stuwen en opjagers. Tegenwoordig is de Boven-Linge ook erg belangrijk voor de aanvoer van water voor peilbeheer, nachtvorstbestrijding, hittestress bij fruit- en laanboomteelt en bluswater voor de Betuwelijn. In drogere perioden wordt rivierwater (Pannerdensch Kanaal en Neder-Rijn) via de Boven-Linge in het gebied ingelaten.
De Boven-Linge is een kunstmatige waterloop, die in de 13de eeuw is gegraven als afvoer voor overtollig water uit de komgebieden. Zij kreeg de huidige breedte in 1951-1952, tijdens een grootscheepse verbetering van de waterafvoer. De rivier vormt een beeldbepalende lijn dwars door het landschap. De bomenrijen erlangs maken de Boven-Linge herkenbaar. Het beeld langs de Boven-Linge wordt geleidelijk natuurlijker, door de aanleg van natuurvriendelijke oevers, met hoger gras, bloemen en rietoevers.
10. Nederrijn
Rivier de Rijn komt bij Lobith Nederland binnen en bij Neder-Betuwe wordt het de Nederrijn.
Vanaf de uiterwaarden loopt er ene klompenpad en is er prachtig zicht op de rivier.